Rustig begin
Vanaf 2 januari ben ik terug aan het werk gegaan. Als ondersteuning van de afdeling Finance begint het vorig jaar afsluiten altijd al een paar dagen voordat het jaar klaar is. Die dagen was ik vrij en heb ik slechts de mail en andere communicatiemiddelen met een schuin oog in de gaten gehouden. Nu 2023 echt voorbij is, barst het werkelijke werk om hierover te rapporteren los en ben ik van de partij. Om te beginnen met mijn eigen afsluiting, door ervoor te zorgen dat alle kosten op het juiste moment worden verantwoord. Verder door het leveren van een heleboel werkende IT met de daarbij behorende personele ondersteuning. Anders dan naar werkende software zitten kijken hou ik mij bezig met het plannen van het jaar en wat mensen spreken die ook aan het werk zijn. Het is een rustige week met weinig echte uitdaging.
Omgekeerde wereld, Charlie op de bank, ik op een kussentje ervoor
Dus ga ik op vrijdagmiddag naar Broese Boekhandel, nieuwe boeken kopen. De eerste, Never let me go van Kazuo Ishiguro, lees ik bijna in een ruk uit. Het is een intrigerend verhaal dat mij doet denken aan Intensieve Menshouderij en de Domestikator van Van Lieshout, de maakbaarheid van dit bestaan en de fragiliteit van het menselijk lichaam. Het is een kunst, te genieten van wat er is. Het loslaten van disruptieve gedachten en patronen, die bij mij meestal een zelfverdedigingsmechanisme zijn om me te verhouden tot een situatie, is een voortdurende bezigheid. Zo meanderen mijn gedachten in deze week.
Op zaterdag breng ik de dag door bij mijn ouders. Eerst haal ik de nodige lekkernijen op bij de verschillende bakkers en aansluitend haal ik mijn broer en zus op. We kletsen uitgebreid bij in de auto over gezondheid, werk en geluk. Mijn zus en ik zorgen ervoor dat het bos verder opgeruimd wordt, door takkenbossen en stammen te verzamelen en te verwerken in de houtwal. Verder ruim ik de achterbak leeg door alle zaagspullen die ik nodig had bij het wilgenknotten vorige week eruit te halen. Die zaagspullen heb ik trouwens gewoon nodig omdat er opnieuw door felle wind een top van een boom is gevallen. Aangezien deze de doorgang van het wandelpad belemmerd, moet deze natuurlijk verwerkt worden. Zo vermaken wij ons tussen koffie, lunch, thee en de verschillende motregen en sneeuwbuien door. Zowel mijn broer als mijn ouders zijn zo verstandig om rustuur te houden terwijl wij onze energie goed kwijt kunnen in het bos. Met de achterbak vol hout rijden we na het eten weer naar huis, vanwege mogelijke gladheid doe ik dat rustig aan.
De tweede week van het jaar begint met opnieuw twee dagen rustig doorwerken. De goegemeenschap is ongeveer terug van vakantie en begint met opstarten. Ik sta alweer vier versnellingen hoger en moet mij inhouden. Ik verveel mij en hou mijzelf bezig met het analyseren van veel data en het ordenen van mijn gedachten en plannen. Gelukkig is het vervelen op woensdag over, dan beginnen de tempi weer wat te synchroniseren. Omdat ik goed uitgerust ben in de afgelopen maanden en vooral weken, kan ik beter tegen de nukken van anderen en ben ik geduldiger in het omgaan met weerstand. Kijken hoelang ik dit weet vast te houden.
Charlie geniet van een warm vest
Ondertussen geniet ik al wandelend, al dan niet met collega’s, van het zonnige winterweer. Het is koud. Op dinsdagavond nekt mij dat, als ik vanuit een frisse buitenkou het veel te warme feestlokaal binnenkom voor de nieuwjaarsreceptie. Ik val bijna flauw aan de voeten van de voltallige Raad van Bestuur en weet mijzelf net in veiligheid te brengen achter hen. Ik geloof niet dat ik hen netjes een goed nieuwjaar heb toegewenst, bij bewustzijn blijven was een belangrijkere opgave. Later in de week overkomt het me nog een keer dat ik bijna onderuit ga, maar dan is er gelukkig geen publiek bij. Ik ben niet gemaakt voor grote temperatuurverschillen.
Op vrijdag werk ik thuis en kan ik mij door verschillende dossiers heen bijten. Op mijn werkkamer is het 17 graden, als ik wat doorwerk, daarom zoek ik af en toe een goede reden om even een rondje te gaan lopen. Daarmee voorkom ik dat de verwarming aan moet. Aan het eind van de middag kan ik op de bank voor de snorrende houtkachel de week afsluiten.
De zaterdag staat in het teken van fysieke conditie bijwerken en kunst. Dat betekent dat ik zowel een lange sessie pilates afwerk als het planken opnieuw oppak. Daarna loop ik een stevig rondje langs de verschillende bakkers. Na de koffie met croissant ga ik vervolgens naar de driving range voor het verder perfectioneren van mijn swing. Daarna haal ik de man thuis op. We gaan nogmaals naar de tentoonstelling van Anselm Kiefer in Voorlinden. Deze tweede keer zie ik weer andere dingen en vallen me ook andere dingen op. Door de kunstenaar aan het werk te hebben gezien in een documentaire kijk ik weer op een andere manier. Het is alweer een groot genieten. Het blijft een fantastisch museum. Dankzij de grote belangstelling voor de tijdelijke tentoonstelling heb ik het geluk om helemaal alleen van het werk van Serra te mogen genieten. Ze noemen het terecht een belevingswerk. Het gevoel dat me bijna elke keer weer overvalt door te lopen tussen deze massale en massieve gekromde platen is overweldigend. Slechts het zachte geroezemoes vanuit andere zalen dringt zacht door en geeft ritme aan mijn beweging door het werk heen.
Terug thuis begin ik op tijd met het stoken van de houtkachel en begin ik aan een nieuw boek, the Only Story van Julian Barnes.
Zondag begint rustig met nog een weekendkrant en koffie, in bed. Ook deze morgen werk ik een dubbele hoeveelheid krachttraining af en loop ik extra lang door een bewolkte stad. Na de lunch krijg ik het nieuws door wat de uitdagende middag gaat betekenen. Afgelopen maandag heb ik de vraag of ik beschikbaar ben voor registratiewerk positief beantwoord. Deze middag krijg ik door dat er nog niets is uitgezocht dankzij een eerder niet werkend orgel in de Aloysiuskerk én dat de organist koorts, hoofdpijn, keelpijn en een kriebelhoest heeft. Even voor half drie ben ik in de kerk, die verwarmd blijkt te zijn. Luxe! Het orgel is overzichtelijk qua mogelijkheden, ik probeer even wat registers uit en alles lijkt te werken. Er is wel het nodige vals. Ik heb hier eerder registers bediend en kan snel mijn weg vinden. Tijdens de repetitie met het Kathedrale Koor Utrecht zoek ik mijn weg verder in zowel de muziek, de dynamiek van de muziek en laveer ik tussen de wensen van de organist en de dirigent. Tussendoor maak ik wat aantekeningen, vooral van beginstanden.
Tussen repetitie en Vespermis heb ik helemaal een half uur om het geheel nog eens te overdenken en mijn aantekeningen te fatsoeneren. Niet dat het zin heeft, want in het werk zelf wordt soms anders besloten. We maken er hoe dan ook een sfeervol en zeer muzikaal uur van met boven verwachting hoogstaande uitvoeringen.
Door een donker en nat Utrecht loop ik snel naar huis na afloop om dit blog voor de houtkachel af te schrijven en te publiceren.