7 catalogi

7 catalogi

De maandag begint gewoon met gasgeven, naar ’s-Hertogenbosch, en terug. Het weer in Nederland is regen, regenachtig in de vorm van een miezer of de dreiging van regen. Hoe dan ook, geen goede combinatie met te veel automobilisten op de weg, dus file. Verder heb ik een goede dag. Ik heb een lange vergadering met mijn MT over de beloningen en met een van de managers over zijn toekomst.

Op dinsdag laat hij me weten dat we samen doorgaan. Mijn interventie heeft geholpen, we hebben grote plannen samen en die zijn leuker dan overstappen naar een andere werkgever. Ik haal opgelucht adem. Alhoewel een vertrek ook weer ruimte geeft voor anderen, heb ik een rust in de tent nodig voor andere zaken. Plus het is een leuke man, waarmee ik graag samenwerk. Tussen alle bedrijven en de verschillende regenbuien door probeer ik wat te wandelen om mijn hoofd rust te geven. Op woensdag loop ik wat meer om weer op een goed gemiddelde uit te komen.

Verstoorde blik bij het thuiswerken op vrijdag.......

De donderdag breng ik deels in Amsterdam door. Naast veel verschillende toevalsontmoetingen heb ik ook vele leuke gesprekken op de Internal Career Fair. Veel collega’s weten niet wat we doen en zijn wel nieuwsgierig, mogelijk als volgende werkplek. Ik laat halverwege de middag de boel de boel, enigszins overprikkeld van alle gesprekken stap ik de auto in om de banden te laten wisselen. Tijdens het wachten loop ik een rondje en ga ik bij de belendende BWM-dealer kijken of er een mooie nieuwe auto voor mij te wachten staat. De keuze is reuze. Met 160 verschillende opties op 1 model heb ik keuzestress bij de iX1. Dan is de Volvo XC40 toch veel makkelijker. Kleur en pakket, dan heb ik het wel gehad. Toch denk ik dat het de BMW gaat worden. Iets minder kilometers op de accu, maar ik neem de auto dan ook niet mee op wintersport. Oh ja, ik ga helemaal niet naar de wintersport. Zolang ik er binnen Nederland maar op en neer mee kan komen en geen laadstress heb, is het mij goed.

Op vrijdagochtend werk ik mij nog contentieus door een aantal dossiers heen. Vrijdag is een thuiswerkdag bij deze werkgever, dat betekent dat veel mensen tijd hebben om zaken te produceren, te reviewen en te voorzien van eigen inhoud. Heerlijk, zo maken we meters. Om stipt twaalf uur sluit ik af en gaan de man en ik naar Wassenaar.

Manshoog is vele menshoog, even de verhoudingen

Er is in museum Voorlinden een grote tentoonstelling met het werk van Anselm Kiefer. Ik hou van zijn werk. Ondanks dat het lunchtijd is en de rij bij het restaurant niet te overzien, is het ook in het museum druk.

Desondanks sta ik af en toe alleen voor een schilderij of installatie van vele meters bij vele meters. Het overweldigt me elke keer weer, de werken zelf, de gedachten erachter, de emoties die het bij mij oproept. Ondanks dat we al zes catalogi hebben liggen thuis leer ik nieuwe feiten over deze kunstenaar. Zo houdt hij dagboeken bij en schildert hij elke dag op bijvoorbeeld met nat gips bekleed karton in een aquareltechniek. Dat schrijven doet hij in meerdere talen en in wat ik herken als stenoschrift.

Ondanks de hoeveelheid publiek en al hun vaak onbenullige gebabbel (volgende keer koptelefoon mee/op?) geniet ik volop. Ik ga ook nog even naar Skyspace van James Turrell. Het dak is vandaag dicht, dit is de eerste keer dat ik het kunstwerk zie zonder buitenlucht maar met kunstlicht. Het is daarmee een hele andere beleving. Na een heerlijk lichtbad tref ik de man in de winkel aan, met catalogus nummer zeven over Anselm.

De rij bij het restaurant is niet korter geworden, wij gaan de auto in waar ik een noodvoorraad nootjes aanspreek en ik rij ons weer naar huis. Daar gaan we taart eten bij Anne&Max, om de hoek. Er is altijd een goede reden om taart te eten, zo ook vandaag.

Na al deze indrukken en de nodige energie opgedaan te hebben ga ik een bekend rondje rond de kerk lopen. Ik snap die machinisten van de NS wel dat het saai kan zijn, vaak hetzelfde rondje doen, voor mij blijft het bijzonder om de stad elke keer weer anders te kunnen beleven. Deze keer kom ik regelmatig een bekende tegen die ik groet, zijn de bladeren prachtig goud gekleurd en weerspiegelt de wereld in de grachten. Met de gedachten aan het werk van Anselm Kiefer overpeins ik de vergankelijkheid van dit leven. Voorzichtig vasthouden wat er mooi is zodat het niet stukgaat en toch ook er is. Het kan zomaar verdwenen zijn.

Op zaterdag loop ik rond een andere kerk naar de bakkerij District voor croissantjes voor de lunch later vandaag en daarna naar Verspeek voor de croissants van de man. Thuis drink ik nog een snelle kop koffie voordat ik mijn broer ophaal en ons naar Friesland rij. Daar kunnen we na de koffie nog net het grasveld van 200m2 ontdoen van alle gevallen bladeren, voordat het begint met regenen. Het blijft uren regenen, dus we gaan ons na de lunch verpozen in de Welkoop voor wat nieuwe sokken, kattensnoepjes en drop voor onszelf. Ik rij ons daarna een rondje rond de kerk in het dorp. Terug thuis zorg ik nog voor de nodige houtvoorraden. We borrelen vroeg (ik met koffie), daarna dirigeert mijn vader mij naar de keuken voor het koken. Zalm met peen en peterseliewortel en een gekookt aardappeltje, met een zure roomsaus. Na het toetje van koffie met een bonbon rij ik mijn broer weer terug naar huis, voordat ik thuis nog een port ga drinken.

De zondag is gewijd aan de muziek. Ik begin echter met het voorbereiden van een ontmoeting met het toezichtsteam van De Nederlandsche Bank. Het gesprek is morgen. Daarna ga ik sporten. Dat betekent naar de driving range voor golf en aansluitend nog even wandelen. Daarna krul ik mij nog even op een bankje met de katten voor een uur slapen. Na de lunch rij ik naar Amersfoort. Daar kom ik in de file terecht voor de parkeergarage van de Flint, het is blijkbaar Sinterklaas. Hoop kindjes met pietenpetten. Ik ga de andere kant op, naar de Sint Aegtenkapel, voor repetitie met Gerard Beemster, Titia van Heyst, Wouter van Belle en het Amersfoort Vocaal Ensemble. Dat ensemble viert haar 35-jarig bestaan met een concert. We werken ons door wat koorwerken heen, al dan niet met solistische invulling van Titia. Daarna gaat het koor af en repeteren Titia en Wouter verder aan solostukken. Ik blijf zitten om nog wat blaadjes om te slaan. Dan gebeurt het onmogelijke. Ik kan mij soms in repetitie ergeren aan omstanders die nog kletsen, heb ook nu moeite om mij te concentreren op het hier en nu. Vandaag ben ik niet de enige, ook Wouter heeft er last van en beklaagt zich met duidelijke woorden. Het koor wordt verder de gang op gedirigeerd en de deur een meter achter ons wordt met ferme hand dicht gedaan. Klaar, over en uit, we hebben de ruimte en tijd nodig om te repeteren. Dat doen we vervolgens, na een onderbreking van vele lichtwisselingen, geconcentreerd en met overgave.

Na een korte pauze achter het podium, waar het mij veel te vol en lawaaiig is, ga ik terug naar de zaal. Ik neem plaats op de eerste rij, met de muziek in de hand. Het publiek babbelt gezellig, totdat het koor opkomt. Ik heb de eerste stukken niets te doen. Daarna komen we ‘op’ vanaf de eerste rij voor een koorwerk en gaan daarna weer af. Het volgende stuk voor ons is een pianosolo, La Cathédrale engloutie van Claude Debussy.  Daarin geniet ik van het geweldige spel van Wouter en is het de kunst hem totaal niet in de weg te zitten, ook niet bij het twee keer omslaan. Aangezien hij bijna het volledige klavier gebruikt is dat een kunststukje. Ik wil ook geen grote of bruuske beweging maken omdat dit visueel kan afleiden van hem. Na het verdiende applaus gaan we weer ‘af’, om na een aantal koorwerken a capella weer aan het werk te mogen. Het is een mooi concert, Titia zingt zoals altijd geweldig en met veel gevoel, Wouter begeleidt met een zeer goede timing en voorwaartse tempi, als zanger kun je bij hem gewoon ademen. Ik adem mee, het is ondertussen bovengemiddeld warm in de kapel geworden. 120 aanwezigen, 24 zangers en het nodige ondersteunende personeel laat mij spijt hebben van te veel lagen zwarte kleding.

Na het welverdiende applaus gaan we af, ik ga na een afscheid en warme omhelzingen ook weg. De nazit is niet voor mij, ik zoek de auto op in de parkeergarage en rij door de invallende duisternis naar huis. Daar brandt de houtkachel en wordt er een fles wijn voor mij opengetrokken. Met het Stabat Mater van Pergolesi op de CD speler geniet ik na van een mooie middag.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *