Langzaam gegaard
Op zaterdag ga ik met een lange wandeling wat boodschappen doen, nadat ik mijn werkmailbox weer enige normale proporties heb gegeven.
Hier stond nog een stapeltje stammen
Op zondag rij ik naar Friesland. Tot de lunch help ik mijn vader met zijn nieuwe mobiele telefoon. Tijdens het rustuur maai ik in het bos langs de tweede poel en ruim het maaisel op. Ook snoei ik de nodige bramen weg langs de verschillende wandelpaden. Gewoon, tussen half een en drie, prima te doen zolang ik in de schaduw kan werken.
Het stapeltje stammen in blokken op de stapel
Ik kloof ook nog even de rest van de lariks weg en ruim deze op in het houthok. Dan ben ik wel wat bezweet en is het tijd voor een douche, borrel, hapje eten en nog wat cupcakes versieren. Dan merk ik pas echt dat het warm is, het glazuur is hard voordat ik er versiering in kan strooien.
Op maandag is het in Leeuwarden bewolkt en het waait. Zodanig dat ik een aantal keren me afvraag waarom ik eigenlijk geen jas bij me heb. Gewoon wat frisjes tijdens de verschillende wandelingen rondom veel gezellige vergaderingen op kantoor. Beetje hard doorlopen om warm te blijven.
Daarna werk ik een aantal dagen thuis, waarbij mijn werkkamer steeds warmer wordt. Dat komt mede omdat ik er werk, maar ook omdat de omgeving opwarmt met dit weer. Elke ochtend wordt het huis gelucht doordat er van alles opengezet wordt, maar mijn werkkamer geniet daar niet echt van mee.
Leila vind het prima, deze warmte
De routine ’s ochtends is nu: dakluik open zetten, de horren in de schuiframen zetten, raampjes in de voordeur openen, rek in de achterdeur plaatsen (taak van de man) en genieten van de koele wind die door het huis trekt. Op tijd alles weer dicht doen, gordijnen sluiten.
Ik organiseer mijn werk daarom zodanig dat ik als eerste begin met het echte denk- en doewerk, lekker ga wandelen onder koele bomen rond de lunch en de kletspraatvergaderingen ’s middags heb. Als het echt te warm wordt, zak ik twee verdiepingen en 8 graden om het restje beneden op de bank te doen. Tevens stop ik op tijd voor een wijntje bij het uitstekend verzorgde eten van de man.
De katten trekken zich werkelijk nergens iets van aan, liggen gewoon op schoot of tegen me aan op bed. Het zijn Burmezen, hen kan het niet warm genoeg zijn blijkbaar.
Charlie op bed, heel dichtbij
Op vrijdag heb ik een golfafspraak in Elst. We hebben afgesproken dat we golfen zolang het goed gaat, als de warmte ons te veel wordt stoppen we er mee. Uiteindelijk spelen we gewoon 18 holes, omdat het best goed gaat ondanks de hitte. De marshall maakt twee waterrondes en ik loop deels onder de paraplu tegen de zon. Ook smeer ik een keertje extra, drink ruim twee liter. Ik sla ruime 200 meter als ik de drive recht weet te houden, weet met een houten vijf gewoon 180 meter te halen en sprokkel de nodige punten bij elkaar. Soms ook niet, als ik de drive links het bos in speel. De dag win ik niet, daarvoor is het me toch te heet, maar de neary en de longest heb ik wel.
De neary is op hole 4, waarbij ik met de houten zeven en nette 133 meter sla, tot 1,5 meter van de vlag. Voor de longest op hole 14 moet ik wel wat mijn best doen, het is niet eens de langste voor vandaag maar de 202 meter zijn er mooi een 11 meer dan van mijn partner vandaag. Zoals gezegd, hij behaalt de dagwinst. Die telt uiteindelijk echt mee. We drinken een (alcoholvrij) biertje en maken een nieuwe afspraak voor oktober, daarna rij ik naar huis voor vrijdagavondfrietjesavond.
Op zaterdag doe ik nog braaf iets aan het werk, voordat we naar het Kröller-Müller rijden. Airco aan in de auto, het museum is ook behoorlijk koel. Aansluitend gaan we buiten in de tent lunchen en nog een rondje door het beeldenpark lopen. In de schaduw is dat prima te doen, over de zeldzame open stukken alweer best warm. We blijven gebiologeerd een tijdje luisteren bij de Wind Rose van Susan Philipsz. De afbeelding die ik voor dit stuk heb gebruikt is van Jan Janssious, Tabula Anemographica in Atlas Maritimus, 1650.
Verder zagen we dit stuk wat mij raakte:
Twelve circles of sticks van Richard Long
Op zondag heb ik mijn zinnen gezet op golftraining en wandelen. Een soort rondje golfen in twee delen. Eerst alle slagen doen, daarna de afstand lopen. Dus ik sla de nodige rechte drives, krijg ze onder geen enkele mogelijkheid links de hoek om zoals in de baan. Dit is al de derde keer, dus ik app de golfjuf voor een les. Dit slaat namelijk nergens op. Ik geef mezelf ook putles en daarna ga ik nog voor straf even de bunker in. Net zoals in de baan wil de eerste bal niet en de tweede wel. Ik wil graag leren om die eerste bal ook goed te slaan, scheelt echt weer een slag.
Na deze oefeningen rij ik naar Amelisweerd en loop vanaf daar een rondje over het Jagerspad naar Bunnik en dan door Science Park terug van 10 kilometer. Ook nu grotendeels onder grote bomen door in de schaduw. In een prima tempo van 5,8 km/u. Geen toptijd en toch een mueslikoek bij de Veldkeukenwinkel waard, vind ik. Warm doorstoofd ga ik richting de warme auto voor het kleine stukje naar huis. Ik zal blij zijn als de temperaturen iets zakken en er wat hemelwater gaat vallen. Zodat mijn werkkamer wat kan afkoelen.
Kwam ik ook tegen....